Zeesteen kreeg de ECI kwartaalprijs en dat maakt dit debuut bijzonder. Toen ik de reviews van dit boek op de achterflap zag kreeg ik een wee gevoel. Het zoveelste boek over een naar gezin met een godsdienstwaanzinnige vader. Ik had al gebaald van Siebelinks epos (Knielen…) en ook Gerbrand Bakkers boek kon me nauwelijks bekoren. Maar het lezen van dit debuut van Janneke Holwarda is mij bijzonder goed bevallen. Dat komt in de eerste plaats door haar ingehouden, sobere stijl. De gedachten van de hoofdpersoon, het meisje Mirjam, zijn neergezet in korte pregnante stukken. ‘(…) Grappige kennismaking. Je kent me nog niet. Ik ben niet grappig. Ik ben ernstig en dwars. Ik ben als dwarsligger geboren.(…)’ Het verhaal zelf wordt trefzeker in de tegenwoordige tijd opgedist. ‘(…) Ze kan nu weggaan. Iets in haar zegt dat ze weg moet gaan. Iets anders zegt dat ze moet blijven. Als ze weggaat was alles voor niets. Misschien was het ook wel beter dat hij al iemand heeft. Dat maakt het makkelijker.(…)’Waarom het boek Zeesteen heet komen we op pagina 60 te weten, de gestorven broer David wijst Mirjam op haar achternaam Dijkema. De boerderij staat op een plek, waar eerst water was en een dijk. Hij vertelt haar dat de familie afstamt van Zuiderzeevissers. En dat zij een meisje was dat leefde op de bodem van de zee, heel mooi. Hij bedenkt steeds nieuwe namen voor haar: Zeedruppel, Zeester en tenslotte Zeesteen. En ze is een keer bijna verdronken. Dat incident speelde zich af toen ze haar vlieger bij zee liet vliegen. Ze werd de pier opgetrokken en liet vlak boven zee pas los. Hierna was ze bijna verdronken, letterlijk een zeesteen geworden dus. Maar ze overleeft.
Mirjam gaat om te studeren naar de stad. Ze ontworstelt zich aan het milieu van een gezin in Andijk in West-Friesland. De vader is bollenboer. Er is een zoon overleden. De ouders zijn bezorgd, de andere kinderen in het gezin hebben al littekens opgelopen, al dan niet fysiek. Mirjam huurt een kamer bij een tante in de grote stad, waarschijnlijk Amsterdam, en gaat studeren. Ze heeft als hobby fotograferen. Het fototoestel geeft haar de mogelijkheid de wereld buiten te sluiten en alleen door haar eigen sluiter soms toe te laten. Of zoals Janneke Holwarda laatst in een interview prijsgaf: ‘Ik heb Mirjam een camera gegeven omdat ze zo deel kan nemen aan de werkelijkheid en er toch buiten kan blijven, omdat ze met beelden uitdrukking kan geven aan die dingen waarvoor haar de woorden ontbreken en omdat ze zo kan vastleggen, vasthouden, voor altijd.’
De tante houdt haar inmiddels nauwlettend in de gaten. Ze ontmoet de jongen Bart, een cello spelende conservatoriumstudent. Hij is ouder dan zij is en heeft – helaas voor haar – al een vriendin. Hij begrijpt haar, is teder en voelt haar aan. Het is de eerste man, die met haar slaapt en dat wordt erg mooi beschreven, teder, eerlijk. De tante Bea, waar ze een kamer heeft, verraadt haar wanneer ze een nachtje wegblijft. De ouders zijn er tegen dat ze een andere kamer gaat huren bij een andere studente. Ze weten ook wel dat Mirjam meer vrijheden wil. Ze zet door nadat haar vader haar heeft bedreigd. Vanaf dat moment gaat de verhouding met Bart een nieuwe fase in. Tegelijkertijd wordt het steeds moeilijker voor Mirjam om hem te delen met zijn vriendin, die ze niet kent, ook niet wil kennen. Uiteindelijk gaat hij een tijd op vakantie en na zijn terugkeer gaat de verhouding uit. ‘(…) Als hij aarzelt zegt ze het nog een keer. Ga weg. Meen je het? Ze zwijgt. Wacht. Hoort hoe zijn voetstappen zich langzaam verwijderen.(…)’ Mirjam zelf verbreekt de verhouding en wordt ziek, ziek van verdriet, maar ze herstelt zich. Ze volgt de jongen nu van een afstand en maakt alleen nog foto’s van hem terwijl ze haar haar laat knippen in het model van de vriendin, die ze van een afstand ziet en nooit heeft gesproken.
Het eind van het boek is mysterieus. Wat gebeurt er nu met haar? Maar deze recensent gaat het niet verklappen. Een erg mooi verhaal zeer krachtig en persoonlijk opgeschreven, balancerend langs de dunne lijn van kitsch en literatuur, maar ademend en eerlijk. Ik ben erg benieuwd naar de volgende roman van dit zeldzame talent!
Ga naar de website van Literair Nederland.
Door:Karel Wasch